Diabetes op de achtergrond

De mist bleef nog even hangen bij het ochtendgloren

15 augustus, 2u27 ‘s ochtends stond ik in het donker en de dichte mist klaar om te beginnen aan mijn challenge van het jaar. Ik zou de heuvel die voor me opdoemde maar liefst 182 keer moeten beklimmen en terug afdalen om zo minstens 8848 hoogtemeters bij elkaar te fietsen. Ik wist wanneer ik zou beginnen, maar nog niet wanneer ik zou eindigen.

Het was vochtig in de lucht en onderweg met de auto naar de start was er een hoop modder gespat op mijn fiets die op de fietsendrager stond, dus ik mocht de dag beginnen met mijn wielen schoon te vegen. Vervolgens sloot ik de straat af door de borden die al klaar stonden op hun plaats te zetten en was het hoog tijd om aan het werk te gaan.

Ik had slechts een uurtje geslapen en de dichte mist zat ook in mijn hoofd. Gelukkig had ik de dag voordien nog een leuke podcast opgezocht om me te entertainen in de vroege uurtjes. Mijn keuze was gevallen op Stuff You Should Know, een licht verteerbare show waarin dieper wordt ingegaan op de meest gevarieerde thema’s. Zo leerde ik die ochtend over de geschiedenis van de Olympische fakkels, over hoe minigolf werd uitgevonden en de wereld veroverde en waarom wespen toch niet de meest boosaardige dieren zijn die er bestaan. Heel onderhoudend, maar vooral, het hield me wakker en hielp me door de nacht.

Ik had om 1u30 thuis mijn normale ontbijt genomen met een iets lagere dosis insuline dan gewoonlijk, maar de autorit en voorbereiding duurden langer dan verwacht, dus mijn suiker stond te hoog bij de start en bleef stijgen. Ik besliste dus om 2 eenheden insuline te bolussen om mijn dag niet al vanaf het begin te hypothekeren. Ik wist immers dat ik veel zou moeten eten om dit tot een goed einde te brengen.

Het plan was om zo weinig mogelijk sportvoeding te eten om mijn maag te sparen. Ik had boterhammen, fruit en natuurlijke repen met gedroogde vruchten en noten bij, en rekende op mijn familie en vrienden om me regelmatig van “normaal” eten te voorzien. Ik had me ook voorgenomen om minstens elk uur te eten en minstens 30-40g koolhydraten per uur op te nemen.

Het bleef echter een experiment voor mij. Ik had nog nooit zo’n lange inspanning gedaan, en wist niet goed hoe mijn suikers daarop zouden reageren. Dit was mijn suikerverloop gedurende dag:

Zoals je ziet is er in het begin een piek door de later dan verwachte start. Vervolgens bleef de suiker vrij vlak met een dipje rond 7u30 ‘s ochtends na ongeveer 5 uur fietsen. Ik had wat insuline gezet maar had het eten even moeten uitstellen omdat er een fotograaf langskwam, en dat wreekte zich meteen.

Om 8u30 bracht een goede vriend boterhammen met pindakaas en confituur, die me tot kort na de middag gaande hielden. Rond 13u nam ik een iets langere stop om bij te eten, mijn outfit te wisselen en me klaar te maken voor de tweede helft van de challenge. Ik stond ongeveer 30 minuten stil en ook de suiker zie je hierbij omhoog gaan.

Fietsen in de ochtendmist

Die eetstops waren eigenlijk de strategie voor de hele dag. Elk uur zorgde ik dat minstens 30-40g kh at op de fiets. Wanneer de suikers sneller begonnen te dalen, ongeveer om de 4-5 uur, stopte ik om een wat uitgebreidere maaltijd te eten. In de namiddag waren dat bijvoorbeeld pannenkoeken van mijn vader met een flesje chocomelk (waarvoor ik wel een eenheid insuline zette), op de middag waren er mattentaarten van een fietsbuddy uit West-Vlaanderen met een stroopwafel en wat noten, tegen de avond boterhammen met hummus van mijn zus met chips, enzovoort.

Vanaf het 13e uur fietsen begon ik ook elk uur een bekertje cola te drinken voor een caffeïneboost. Zo kwam ik eigenlijk zonder al te veel kleerscheuren bij de laatste twee uren van de challenge, die ongetwijfeld de zwaarste waren. Dit was niet zozeer fysiek, maar eerder mentaal. Het was opnieuw donker geworden en ik had er absoluut geen zin meer in. Gelukkig kwam mijn beste maat nog meefietsen tot het einde en sloegen we ons erdoor door bij elke klim verder af te tellen en elkaar wat dwaze grappen te vertellen.

Bij aankomst rond 23u, na ongeveer 17 en 40 minuten fietsen, stond de vriendelijke boerin van de boerderij met ijssalon aan de voet van de heuvel klaar met een groot hoorntje vanille-ijs. De suiker ging hierdoor vanzelfsprekend weer omhoog, maar dat liet ik op dat moment even niet aan mijn hart komen.

8850 hoogtemeters, ik had het gehaald!

De hele rit hield ik mijn hartslagen nauwgezet in de gaten. Ik wist immers, zoals ik al in een eerdere blogpost beschreef, dat mijn glycogeenvoorraad beperkt was tot een 2000-tal kilocalorieën, terwijl ik er die dag meer dan 10000 verbrandde. Ik moest dus zoveel mogelijk op vetverbranding doen en voldoende eten om dit vol te houden, en mocht absoluut niet overmoedig worden bij het klimmen.

Wat heb ik nu geleerd over mijn diabetes uit deze dag? Eerst en vooral werd bevestigd dat je met diabetes zelfs de zwaarste sportieve uitdagingen aankunt, als je maar over de juiste tools beschikt. Ik hield mijn suiker regelmatig in de gaten via mijn sporthorloge dat in verbinding staat met mijn Dexcom G6-sensor en kon op die manier altijd tijdig reageren bij snelle fluctuaties.

Verder leerde ik dat gewoon eten beter is voor je diabetesregeling dan sportvoeding. De meeste sportvoeding (zoals gels, energiedranken, etc.) bevat veel snelle suikers, die je glucose snel doen stijgen en vervolgens ook snel weer doen dalen zodra ze zijn uitgewerkt. Bij “normaal” eten heb je dat probleem minder, omdat de vertering trager verloopt en de impact op je suikers dus ook meer gespreid is in de tijd. Dat is weliswaar niet zo praktisch bij langere fietsritten of races, maar toch iets dat ik in de toekomst ga meenemen.

Eigenlijk is zo’n dag voor een diabeet een geweldige ervaring. Je hoeft even geen koolhydraten te tellen, want je verbrandt toch alles wat je eet. Je eet best ook wat je lekker vindt, want na 10 uur fietsen is het anders heel moeilijk om nog iets binnen te krijgen. En je moet veel eten om te kunnen blijven gaan.

Verder is voldoende en regelmatig eten bij dergelijke inspanningen uiterst belangrijk. Hele snelle dalingen treden in het algemeen op wanneer je glycogeen opraakt, en dat wil je niet meemaken tijdens zo’n dag.

Tot slot is de belangrijkste les misschien dat diabetes niet je hoofdzorg hoeft te zijn. Die dag zat ik niet de hele tijd aan mijn ziekte te denken, integendeel. Ik deed gewoon wat ik me had voorgenomen qua hydratatie en voeding, had leuke lange gesprekken met de Diatoppers en andere sympathisanten die een eindje kwamen meefietsen, en heb me eigenlijk best goed geamuseerd.

Door de alarmen die ik had ingesteld, trad mijn diabetes wel op de voorgrond als er een snelle daling of stijging was en ik moest ingrijpen, maar dit gebeurde niet vaak en was eigenlijk bijzaak. Net als bij mijn ironman vorig jaar voelde ik me niet als een diabeet die sportte, maar als een atleet net als alle andere atleten, met een doel dat ik te allen prijze wilde bereiken. Achteraf gezien heeft mijn suikercurve ook niet geleden onder die aanpak.

Misschien is dat, naast alle gezondheidsvoordelen, wel het fijnste van veel sporten als diabeet. Hoe vaker je het doet en hoe meer ervaring je ermee krijgt, hoe meer je sport en je eigen beleving centraal gaan staan en je diabetes naar de achtergrond verdwijnt. Het zal altijd een factor blijven, maar het is niet het begin en einde van alles. We zijn meer dan alleen onze ziekte.

PS: met deze challenge zamelde ik al meer dan 1500 euro in voor Hippo&Friends. Dexcom doet hier nog eens 1000 euro bij, dus het gaat vlot over de 2500 euro! Wil je nog een gift doen? Dat kan nog tot eind september op
https://www.whydonate.eu/fundraising/everesting-for-diabetes/nl

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *